Opinie: waarom mijn zoon (wellicht) geen Anderlecht-supporter wordt

VRIJDAG, 30 SEPTEMBER 2022, 12:10 - Garrincha
Anderlecht-Online No Image Found

WEBSITE - OPINIES De voorbije dagen openbaarden de kranten dat de toeschouwersaantallen in 1A de voorbije drie jaar met 20 procent gezakt zijn. Enkele redenen worden aangehaald, maar mijns inzien wordt een belangrijke factor over het hoofd gezien: de band die een club (niet meer) opbouwt met haar supporters. Ik neem Anderlecht als voorbeeld.

Eerst even dit: Anderlecht betwist in een reactie dat haar toeschouwersaantallen de voorbije drie jaar achteruit gaan. Een detail, mijn inziens. Het feit dat het Lotto Park met amper 21.000 plaatsen zelden tot nooit uitverkocht is, zegt genoeg.
 
Hieronder som ik enkele bijkomende redenen op waarom Anderlecht en bij uitbreiding het (Belgische) voetbal het aantal supporters volgens mij ziet achteruitgaan.
 
Bereikbaarheid van de spelers
 
Wie deze website al een tijdje volgt, weet wellicht dat mijn zoon Pär heet. Jawel, genoemd naar mijn Zweedse jeugdidool. Enkele jaren geleden, mijn Pär was toen 1,5 jaar, kregen we de kans om met die andere Pär, Zetterberg dus, op de foto te gaan in de fanshop. Ook al herinnert hij zich het moment niet meer, mijn Pär is er nu zes en spreekt nog regelmatig over die ontmoeting en foto. Wellicht omdat zijn papa dat ook doet.
 
Zou mijn zoon met de huidige Anderlecht-spelers ooit zo'n emotionele band opbouwen? Ik denk het niet. Ik ben zeker van niet. Daarvoor is de afstand tussen spelers en supporters te groot geworden.
 
Toen ik twaalf was, zei mijn oom soms ‘Kom, we stappen in de auto en rijden naar Anderlecht'. In de schaduw van het Constant Van den Stock-stadion (Neerpede bestond nog niet) gingen we naar een training kijken. Na afloop stak ik mijn boekje over de ijzeren baar en verzamelde ik handtekeningen. Thuis liet ik ze fier aan mijn ouders zien, prikte ik ze op het prikbord om mijn kamer.
 
Hoe anders is het vandaag? Even een training meepikken? Al vele jaren is het niet meer mogelijk. De hoge poort van Neerpede is onverbiddelijk. Zo héél af en toe is er eens een open training in het Lotto Park. Vanop afstand en in een bijna leeg stadion. Beleving nihil.
 
Even terug naar de rit richting Anderlecht. Onderweg passeerden we in Kampenhout een café. Buiten hing er een bord: ‘Supporterslokaal Greame Rutjes'. Spelers die peter waren van een supportersclub, waar is de tijd? Voor wie het nooit meemaakte, beeld je even in: hoe heerlijk zou het zijn om zondag je helden te zien spelen en op maandag met een van hen een pintje (of een watertje) te drinken in je stamcafé.
 
Herkenbaarheid van de spelers
 
In het huidige voetbal hebben spelers nog amper een band met hun club. En supporters dus ook niet meer met de spelers. Bij heel wat van de Belgische clubs bestaat het elftal uit een resem buitenlandse passanten die elk (half) jaar verwisselen. De club is hun werkgever, er is geen verbondenheid.
 
Supporters voelen dat. KV Mechelen is op dat vlak een van de weinige uitzonderingen. Anderlecht is momenteel, dankzij de kaart van de eigen jeugd die het heel erg trekt, een tussen-in-geval. Maar vijf tot tien jaar geleden … Al die Bayat-transfers, spelers die één seizoen of minder ons truitje dragen: ik voelde er niks mee. De dag van vandaag heb ik medelijden met supporters van Cercle Brugge of STVV, om er maar twee te noemen.
 
Ik keer ook weer even terug naar mijn jeugd. Aan de muur van mijn kamer hing de teamposter met alle, en alleen maar, spelers van dat seizoen. Wat als mijn zoon vandaag zo'n poster ophangt? Een halve basisploeg ontbreekt en in de plaats staat een tiental spelers dat intussen elders actief is. 

Wat hier voor mij ook onder valt: de naamsverandering van het stadion. Anderlecht en zijn supporters zijn fier op hun verleden, hun rijke geschiedenis en tradities. Om dan de naam Constant Van den Stock-stadion te schrappen om er, in ruil voor enkele euro's, Lotto Park van te maken. Als supporter zie je het als een zoveelste bewijs dat geld het enige is wat telt.
 
Inflatie aan wedstrijden
 
Vroeger telden we af naar het weekend. Voetbal volgen op zaterdagavond en zondagnamiddag via de radio. Die voetballoze dagen in de week maakten dat we extra uitkeken naar het weekend. Af en toe was er in de week Europees voetbal. Een tof extraatje. Vandaag is er elke dag voetbal. Het is niets speciaals meer. Ik loop er veel minder warm voor. Eens een match missen, zelfs van Anderlecht: ik vind het niet erg. Ik hunker niet meer naar die voetbalavonden of -namiddagen.
 
En ik niet alleen. Ook de spelers. Jongens als Courtois en De Bruyne hebben overschot van gelijk dat ze niet warm lopen voor de Nations League. Ik ben er zeker van dat ze liefst van al gewoon afzegden (en gelijk hebben ze), maar dat ze uit commerciële belangen toch moesten opdraven. De overvloed aan wedstrijden zorgt er ook bij de spelers voor dat hun drive minder is. Dat straalt af op de supporters.
 
Die gebalde voetbalmomenten maakte het vroeger ook leuker om volgen. En 's avonds konden we op een vast en deftig uur de samenvattingen bekijken. Of zondagmiddag de herhaling. Nu beginnen de samenvattingen vaak pas na 23 uur. Sorry, daar blijf ik niet voor op. Zeker op zondag niet.
 
Mensonvriendelijke wedstrijduren
 
Dit punt kwam in de media al aan bod, maar ik focus me even op Anderlecht. Thuiswedstrijden op zondag in de vooravond. Het zal wellicht op de politiek worden afgeschoven, maar komaan. Je moet al heel fanatiek zijn om daar tijd voor te maken. Zondag is bij ons familiedag. Eten bij de grootouders, met tantes en nonkels, neefjes en nichtjes. Om dan elke twee weken halfweg de leute te vertrekken? Neen dank je. Bovendien ben ik op de laatste avond van het weekend liefst gewoon thuis. Even bekomen voor maandag de werkweek opnieuw start.
 
En mijn zoon meepakken? Dat zal niet zo snel gebeuren. Maandag is het school, weet je wel. Op tijd bed in dus. Zelfs als hij veertien is, zie ik het nog niet gebeuren. Match tot 20.20 uur. 21.30 uur thuis. Nog even bekomen. Voor 22.30 uur dus niet in bed. Als hij dan maandag om 8.30 uur toets wiskunde heeft ... Neen, kijk maar op tv, lieve zoon. Zaterdagavond? Dan lag je ook pas tegen 23.30 uur ofzo in bed, maar kan je zondag tenminste uitslapen.
 
Klantafstotende prijzen
 
Naar het voetbal gaan is niet langer een gezinsuitstap voor de gewone man. Het is een financiële aanslag op je gezinsbudget. Torenhoge prijzen voor abonnementen, parking en consumpties. Allerlei nieuwe formules worden uitgedacht om toch maar de supporter aan te zetten om te betalen. Denk bijvoorbeeld aan het MAUVE+ abonnement (om dan vast te stellen dat de live-uitzendingen van de Europese voorrondes meermaals niet werkten).
 
Wat is er leuker dan rondlopen in het truitje van je favoriete club of je idool. Hoeveel een Anderlecht-shirt kost, weet ik niet. Maar dat nieuwe Rode Duivels-truitje: 160 euro. Ja, ik kan dat betalen. Maar neen: ik heb dat er niet voor over. Ook hier: je moet al heel erg fanatiek zijn om dat eraan te geven. Wat als je drie kinderen hebt. Brrr, ik mag er niet aan denken. Maak het betaalbaar, ik koop het en mijn kroost staat weer een stapje dichter bij het supporterschap.
 
Conclusie
 
Als je al deze zaken leest, dan zou je bijna denken dat Anderlecht en onze andere clubs er alles aan doen om vooral geen nieuwe supporters te winnen. De bestaande supporters zien ze als klanten die ze zoveel mogelijk geld uit de zakken willen kloppen. Bij velen lukt het, trouw als ze zijn aan hun kleuren. Verliefd als ze zijn op het spelletje. Maar in alle stilte vallen supporters weg. En als deze niet vervangen worden, houdt het ooit een keer op.
 
Of willen we als Belgisch voetbal enkel een product maken voor de tv-kijkers in Japan en de Verenigde Staten? Of voor gokkers in China en bij ons?
 



Nieuwsreacties zijn tijdelijk niet beschikbaar. We werken aan een volledig nieuwe oplossing die spoedig beschikbaar zal worden gesteld.