INTERVIEWS Niet iedereen krijgt bij de start van het jaar een uitgebreid interview, maar voor de nieuwe voorzitter van RSC Anderlecht wordt graag een uitzondering gemaakt. Michael Verschueren (55) spreekt openhartig over ambitie, geduld en verantwoordelijkheid. “Ik ben hier niet voor de symboliek. Dit is geen eretitel.”
In zijn kantoor op de vierde verdieping van het Lotto Park, omringd door kunst en clubgeschiedenis, oogt Verschueren ontspannen. Hij tikt lachend op zijn hemd en verwijst naar zijn “waterweken”: een persoonlijke nieuwjaarsbelofte om tegen half januari enkele kilo’s kwijt te zijn. Het typeert zijn aanpak: gedisciplineerd, doelgericht, maar zonder grootspraak.
Op de tafel staat een gepersonaliseerde champagnefles met het opschrift The Future is Mauve. De slogan, bedacht door grootaandeelhouder Marc Coucke, kan Verschueren wel smaken. “Ik geloof daar ook in,” zegt hij. “Anderlecht blijft de grootste club van het land, zelfs al hebben we sportief moeilijke jaren achter de rug. Onze opdracht is duidelijk: het succes opnieuw laten aansluiten bij ons DNA.”
Meer dan een eerste ploeg
Volgens Verschueren gaat die slogan verder dan resultaten op het veld. “Anderlecht is een geheel: supporters, sponsors, jeugdopleiding, families rond de club. Dat is voor mij de toekomst. Maar laat één ding duidelijk zijn: winnen blijft essentieel.”
Hij beseft tegelijk dat slogans alleen niet volstaan. “We hebben er al veel gehad de voorbije jaren. Maar spelers die vandaag binnenkomen, kennen onze geschiedenis soms nauwelijks. Als je hen wil inspireren, moet je dat verhaal opnieuw tastbaar maken.”
Geen valse beloftes
Of 2026 het jaar van de ommekeer wordt? Verschueren blijft voorzichtig. “Ik ga niemand wijsmaken dat we tien jaar nodig hebben, maar ik ga ook geen loze titeldromen verkopen. Wat telt, is nu de juiste fundamenten leggen en niet opnieuw alles omgooien.”
Daarbij hoort volgens hem een duidelijke sportieve structuur, vooral in de jeugdopleiding. “Er moet één lijn zijn tussen de Academy en de eerste ploeg. Zonder gedeelde speelstijl en visie creëer je breuken in de ontwikkeling van talent.”
Over een mogelijke terugkeer van Jean Kindermans blijft hij diplomatisch. “Ik heb veel respect voor hem, maar hij ligt onder contract bij Antwerp. Het belangrijkste is niet de naam, maar de samenhang.”
Lessen uit het verleden
De open brief van enkele jaren geleden, waarin drie jaar werd gevraagd om opnieuw kampioen te worden, noemt hij achteraf ongelukkig geformuleerd. “Maar de kern van de boodschap klopte: de club zat financieel en sportief vast. Er was tijd nodig om te saneren en opnieuw op te bouwen.”
Dat het project rond Vincent Kompany vroegtijdig stopte, blijft voor hem een gemiste kans. “We zouden vandaag verder staan. Vincent had visie, kennis en leiderschap. Alles was aanwezig.”
Waarom het deze keer wel moet lukken? “Omdat ik beter begrijp wat winnen vraagt: stabiliteit, eensgezindheid en volhouden. Dat heb ik ook in het buitenland gezien. Vandaag is er opnieuw rust binnen de club, en dat is cruciaal.”
Geen voorzitter die ingrijpt op transfers
Verschueren benadrukt dat hij zich strikt aan de bestuursstructuur zal houden. “Ik ga me niet persoonlijk mengen in transfers. Beslissingen worden genomen door het management en de Raad van Bestuur. Niet op basis van impuls, wel op basis van consensus.”
Ook over mogelijke terugkeer van Romelu Lukaku is hij duidelijk: “Dat is de komende jaren niet aan de orde.”
Olivier Renard krijgt van hem een eerlijke kans. “Als hij zijn job goed doet, is hij geen ‘man van iemand’, maar gewoon een goede sportief directeur.”
Over Coucke, Vandenhaute en zichzelf
De band met Marc Coucke is hersteld, zegt hij. Over zijn vertrek enkele jaren geleden is hij open: “Ik was boos, ja. Maar achteraf bekeken miste ik toen nog bepaalde kennis. In mijn huidige rol ben ik sterker voorbereid.”
Dat hij de zoon is van clubicoon Michel Verschueren, draagt hij zonder pathos. “Ik wil niet leven op emoties of nostalgie. Do your job, en doe het goed. Pas als de club opnieuw succes boekt, zullen die gevoelens vanzelf komen.”
Toekomst: investeerders, stadion en Belgisch voetbal
Extra investeerders zijn volgens hem geen must. “Een gezonde club heeft dat niet per se nodig. Kijk naar Club Brugge of Union.” Over multi-club ownership houdt hij de deur op een kier, maar zonder haast: “Dat vraagt een grondige strategische analyse.”
Ook het stadiondossier is geen prioriteit. “Sportief succes eerst. Het Lotto Park is nog altijd het beste stadion van het land.”
Tot slot wijst hij op de financiële onzekerheden in het Belgische voetbal, met onder meer de tv-rechten en fiscale maatregelen. “Er komt een moeilijke periode aan. Net daarom moeten we samenwerken en geen waarde vernietigen.”
Geduld blijft het sleutelwoord. “Of het nu twee of drie jaar duurt, dat weet niemand. Maar één ding is zeker: ik zal geen open brief meer schrijven. Praten met supporters, ook wanneer ze boos zijn? Dat doe ik wel.”
Bron: hln.be
