Jongeren werken geduldig aan doorbraak

JEUGD Naast Wout Faes en Mile Svilar zijn nog vier andere jonkies met Anderlecht mee op stage naar Spanje. Emmanuel Sowah, Idrissa Doumbia (foto), Jorn Vancamp en Hannes Delcroix proberen er zoveel mogelijk te leren en werken geduldig aan hun doorbraak.

Van de zes -18-jarigen heeft Sowah al het meeste speelminuten op de teller. Toch beseft de Ghanees dat hij nog een lange weg heeft af te leggen. "Kijk eens naar mijn armen en schouders, ik heb nog niet veel spieren", zo lacht hij. "Maar als ik speel, probeer ik zoveel mogelijk bij te brengen.

Doumbia was de revelatie van de voorbereiding en stond in de basis op de eerste speeldag. Doordat hij in de maanden erop niet altijd de attitude van een profvoetballer tentoon spreidde, verzamelde hij erna amper nog speelminuten. "Daar had ik het moeilijk mee", geeft hij toe. "Maar ik heb mentaal stappen vooruit gezet. Ik moet hard werken om het zover te schoppen als mijn idolen Paul Pogba en Yaya Touré."

Vancampdebuteerde op 25 september met een invalbeurt van twee minuten tegen Westerlo. Hij wipte in de spitsenhiërarchie over Harbaoui en Kabasele naar de tweede plaats na Teodorczyk, maar krijgt met Isaac Kiese-Thelin nu een stevige concurrent. "Maar zo zie ik het niet", klinkt het. "Ik train met topspitsen als Teodorczyk, hij scoort elk kans. Dit is onbetaalbare ervaring."

Tot slot is er Delcroix. De 17-jarige verdediger maakt als enige nog niet officieel deel uit van de A-kern, maar maakte indruk bij de U21 als partner van Wout Faes centraal achterin. "Rust aan de bal, inzicht en snelheid zijn mijn sterke punten. Ik moet nog werken aan mijn persoonlijkheid en meer spieren kweken."